EngelsLower edge of preopercle projecting downward as a strong antrorse spine. Infraorbital and suborbital ridges bearing many fine serrations. Lower side of head unicarinate. Dorsal fin usually 11. Iris lappet bilobed. Caudal fin with a white basal band, a broad dusky submarginal band and a narrow white edge.
Description: Characterized by brown color; 3-4 dark brown to blackish bars/saddles on back and sides; first dorsal fin blackish with white and black bands on spines; black spots on second dorsal fin; base of pectoral fin white with black spots on central portion; black spots on pectoral fins and white outer margin (Ref. 90102).
Vertaling weergeven
Vertaald uit het Engels door BING
Deze vertaling is louter indicatief: Op grond van de beperkte kwaliteit van de brontekst zijn morfologische omschrijvingen uitsluitend beschikbaar in het Engels in de BETA-versie van het systeem. In toekomstige uitgaven zal ook meertalige informatie beschikbaar komen.
NederlandsLagere rand van preopercle projecteren neerwaartse als een sterke antrorse wervelkolom. Kaakspieren en suborbital ridges, rekening houdend met vele fijne vertanding. Onderkant van hoofd unicarinate. Dorsal fin meestal 11. Iris eikenblad bilobed. Caudal fin met een witte basale band, een brede dusky submarginal band en een smalle witte rand.
Beschrijving: Gekenmerkt door bruine kleur; 3-4 donker bruin tot zwartachtig bars/zadels op rug en zijden; eerste rugvin zwartachtig met witte en zwarte banden op snout; zwarte vlekken op tweede dorsal fin; basis van borstvin wit met zwarte vlekken op het centrale deel; zwarte vlekken op de borstvinnen en witte buitenste marge (Ref. 90102).