EngelsA small species which is distinguished by the following characters: snout moderately long and bluntly pointed; upper anterior teeth oblique and blade-like, coarsely serrated laterally, lateral margin deeply notched and with several large and smooth basal cusplets; lower anterior teeth narrower, slightly oblique, lateral margins usually not notched and with several large basal serrae, mostly smooth; total tooth row 24-28/22-27 or 47-55; interdorsal space often without a ridge on midline, 19.0-22.4% TL; first dorsal fin is moderately tall and falcate, origin about opposite pectoral-fin free rear tip, length 14.7-16.0% TL, 1.3-1.7 times height, inner margin 2.1-2.7 in base; second dorsal fin is much smaller, broadly triangular, height 31-37% of first dorsal fin height, its origin slightly posterior to anal-fin origin; anal fin falcate, height 0.9-1.2 times second dorsal height, base 1.0-1.3 times second dorsal-fin base; body colour pale brownish to grey dorsally, whitish ventrally; second dorsal fin with a black blotch covering most of fin and often extending slightly onto upper surface of body, usually diffuse-edged and poorly defined from ground colour of fin; other fins are plain or with pale outer margins; total vertebral 146-163; monospondylous precaudal 42-48; diplospondylous precaudal 26-38; diplospondylous caudal 74-81; precaudal 71-82 (Ref. 89954).
Vertaling weergeven
Vertaald uit het Engels door BING
Deze vertaling is louter indicatief: Op grond van de beperkte kwaliteit van de brontekst zijn morfologische omschrijvingen uitsluitend beschikbaar in het Engels in de BETA-versie van het systeem. In toekomstige uitgaven zal ook meertalige informatie beschikbaar komen.
NederlandsEen kleine soorten die wordt gekenmerkt door de volgende tekens: snuit matig lang en bluntly pointed; bovenste voorste tanden schuine en blade-achtige, grof gekarteld lateraal, lateraal marge diep ingekeepte en met verschillende grote en glad basale cusplets; lagere voorste tanden smaller, lichtjes schuin, laterale marges meestal niet gekerfd en met verschillende grote basale serrae, meestal glad; totale tand rij 24-28/22-27 of 47-55; interdorsal ruimte vaak zonder een bergkam op middellijn, 19,0-22,4% TL; eerste rugvin is matig hoog en falcate, oorsprong over tegenovergestelde borstvin gratis rear tip, lengte 14,7-16,0% TL, 1.3 - 1,7 keer hoogte, inner margin 2.1-2.7 in base; tweede rugvin is veel kleiner, in grote lijnen driehoekige, hoogte 31-37% van de eerste rugvin hoogte, zijn oorsprong iets posterieure anaalvin oorsprong; anal fin falcate, hoogte 0.9-1.2 keer tweede dorsal hoogte, base 1.0 - 1,3 keer tweede dorsal-fin base; lichaam kleur pale bruinachtig naar grijs dorsally, witachtig ventrally; tweede rugvin met een zwarte blotch die het grootste deel van fin en vaak enigermate te verlengen op bovenste oppervlak van lichaam, meestal diffuus-scherpe en slecht gedefinieerd van grond kleur van fin; andere vinnen zijn naturel of met bleke buitenste marges; totaal Vertebrale 146-163; monospondylous precaudal 42-48; diplospondylous precaudal 26-38; diplospondylous caudal 74-81; precaudal 71-82 (Ref. 89954).