EngelsDiagnosis. Distinguished from all other species of Cichla except C. nigromaculata, C. intermedia, C. piquiti, and C. melaniae, by presence of bars 1a and 2a. Lateral band abbreviated in juveniles. Distinguished from its congeners with abbreviated lateral band by lateral line usually continuous (vs. discontinuous or nearly always discontinuous in orinocensis and nigromaculata; scales in E1 row (67-) 70-80 (-82) (vs. 84-93 in pleiozona); occipital bar absent or indistinct (vs. emphasized in adults of monoculus, kelberi, and pleiozona); abdominal blotches present (vs. absent in orinocensis); vertical bars present at adult size (vs. three midlateral ocellated blotches in orinocensis), except that an ocellated blotch consistently formed in dorsal portion of bar 3; absence of small black blotches on dorsum (vs. present in nigromaculata); vertical bars about equally wide across side (vs. wide, occasionally confluent dorsally, and tapering ventrad in nigromaculata, monoculus, kelberi, and pleiozona. Distinguished from C. intermedia, C. piquiti, and C. melaniae by abbreviated vs. complete juvenile lateral band, less scales in E1 row (67-82 vs. (78) 83-108), and presence of ocellated blotch in dorsal portion of bar 3 vs. absence (Ref. 57716).
Description: Appears basically yellow with a dark green back and white belly; eyes reddish with several dark vertical bands extending partially down the sides of the body; males with prominent hump on the nape; distinct black "eye spot" on the tail, from which the fish got its name (Ref. 44091).
Vertaling weergeven
Vertaald uit het Engels door BING
Deze vertaling is louter indicatief: Op grond van de beperkte kwaliteit van de brontekst zijn morfologische omschrijvingen uitsluitend beschikbaar in het Engels in de BETA-versie van het systeem. In toekomstige uitgaven zal ook meertalige informatie beschikbaar komen.
NederlandsDiagnose. Onderscheiden van alle andere soorten van Cichla behalve C. nigromaculata, C. intermediaen C. piquiti, C. melaniae, door aanwezigheid van bars 1a en 2a. Laterale band afgekort in jonge exemplaren. Onderscheiden van haar congeneren met verkorte laterale band door dwarslijn meestal continu (vs. discontinue of bijna altijd discontinue in orinocensis en nigromaculata; schalen in E1 occipital bar afwezig of onduidelijke (vs. benadrukte in volwassenen van monoculus, kelberien pleiozona), rij (67-) 70-80 (-82) (vs. 84-93 in pleiozona); abdominale vlekken aanwezig (vs. afwezig in orinocensis); verticale balken presenteren op volwassen grootte (vs. drie midlateral ocellated vlekken in orinocensis) , behalve dat een ocellated blotch consequent gevormd in dorsale gedeelte van bar 3; gebrek aan kleine zwarte vlekken op dorsum (vs. heden in nigromaculata); verticale balken over even breed over kant (vs. wide, af en toe confluente dorsally, en stiftschroeven ventrad in nigromaculata, monoculus, kelberien pleiozona. Onderscheiden van C. intermedia, C. piquitien C. melaniae door afgekort vs. volledige jonge laterale band, minder schalen in E1 rij (67-82 vs. (78) 83-108), en de aanwezigheid van ocellated blotch in dorsale gedeelte van bar 3 vs. afwezigheid (Ref. 57716).
Beschrijving: Wordt weergegeven in principe geel met een donkere groene rug en witte buik; ogen roodachtig met verschillende donkere verticale banden uitbreiding gedeeltelijk onderaan de kanten van het lichaam; mannen met prominente bult op de nek; verschillende zwart "oog plek" op de staart, waaruit de vis kreeg zijn naam (Ref. 44091).
Afbeelding niet beschikbaar
