EngelsShell thin, medium to large sized (commonly exceeding to 10 cm in length), laterally compressed, almost circular in outline, gaping anteriorly and posteriorly. Both valves somewhat convex, the right (lower) valve only a little more inflated and larger than the left (upper) valve. Ears small, subequal in size and shape, with the right anterior ear faintly sinuated at anteroventral margin and devoid of ctenolium. Surface of left valve with 2 broad and very shallow depressed areas radiating from the umbo to anteroventral and radial lines. Interior of both valves with distinct radial ribs, usually in pairs, much narrower than the flat interspaces and becoming obsolete on umbonal area. Right valve with 42 to 54 internal radial ribs (46 to 54 in the typical subspecies A. japonicum, and 42 to 48 in the southern A. japonicum balloti). Colour: outside of left valve reddish brown, with variable shades along the concentric growth marks; outer colour pattern of subspecies balloti also with small, yellowish and dark brown spots along radial lines on umbonal area and often with a few irregular, larger dark spots towards periphery. Interior of left valve glossy to pale yellow externally and internally; subspecies balloti with an additional external brown scattering along some concentric growth marks.
Vertaling weergeven
Vertaald uit het Engels door BING
Deze vertaling is louter indicatief: Op grond van de beperkte kwaliteit van de brontekst zijn morfologische omschrijvingen uitsluitend beschikbaar in het Engels in de BETA-versie van het systeem. In toekomstige uitgaven zal ook meertalige informatie beschikbaar komen.
NederlandsShell dun, medium tot grote formaat (vaak meer dan 10 cm in lengte), lateraal gecomprimeerd, bijna cirkelvormige in overzicht, gapend anteriorly en posteriorly. Beide kleppen enigszins convexe, de klep recht (lagere) alleen een beetje meer opgeblazen en groter dan de linker (bovenste) klep. Oren kleine, subequal in grootte en vorm, met het recht anterior oor flauw sinuated in anteroventral marge en verstoken van ctenolium. Oppervlak van links ventiel met 2 breed en zeer ondiepe achtergebleven gebieden straalt vanuit de umbo anteroventral en radiale lijnen. Interieur van de beide kleppen met verschillende radiale ribben, meestal in paren, veel smaller zijn dan de platte interspaces en steeds verouderde op umbonal gebied. Juiste ventiel met 42 tot en met 54 interne Radiale ribben (46 tot en met 54 in de typische ondersoorten A. japonicum, en 42 tot en met 48 in de zuidelijke A. japonicum balloti). Kleur: buiten links ventiel roodachtig bruin, met variabele tinten langs de concentrisch groei merken; buitenste kleurenpatroon van ondersoort balloti ook met kleine, gelige en donkere bruine vlekken langs straalsgewijze lijnen op umbonal gebied en vaak met een paar onregelmatige, grotere donkere vlekken op weg naar de periferie. Interieur van links ventiel glanzend te bleek geel extern en intern; ondersoort balloti met een extra externe bruin verstrooiing langs sommige concentrische groei markeert.