EngelsBody elongated and not very compressed; upper jaw produced into a robust but not very long beak; two dorsal fins, the height of the first less then the greatest body depth, short anteriorly, taller in the middle, then becoming shorter posteriorly; pectoral fins falcate and flexible, with 21 to 23 rays; body densely covered with small, embedded scales with 1 or 2 sharp points; back dark blue, with 15 bluish bars across the flanks; belly pale silver; membrane of first dorsal fin blue black, with dark spots (Ref. 55763). Dark blue above, silvery white below; sometimes with light blue vertical stripes; 1st dorsal fin blackish to dark blue, other fins dark brown with tinges of dark blue in some specimens. Body blue-black dorsally and silvery white ventrally, with about 25 pale, cobalt-colored stripes, each consisting of round dots or narrow bars (may not always be visible especially in preserved specimens). Bill long, extremely stout and round in cross section. Nape conspicuously elevated. Right and left branchiostegal membranes completely united together, but free from isthmus. No gill rakers. Body densely covered with elongate, thick, bony scales, each often with 1 or 2, sometimes 3, posterior points. Caudal peduncle with strong double keels on each side and a shallow notch on both the dorsal and ventral surfaces.
Vertaling weergeven
Vertaald uit het Engels door BING
Deze vertaling is louter indicatief: Op grond van de beperkte kwaliteit van de brontekst zijn morfologische omschrijvingen uitsluitend beschikbaar in het Engels in de BETA-versie van het systeem. In toekomstige uitgaven zal ook meertalige informatie beschikbaar komen.
NederlandsBody langgerekt en niet zeer gecomprimeerde; bovenkaak geproduceerd in een robuuste maar niet zeer lange snavel; twee rugvinnen, de hoogte van de eerste minder dan de grootste diepte van het lichaam, korte anteriorly, groter in het midden, dan steeds kortere posteriorly; pectoral fins falcate en flexibel, met 21 tot en met 23 stralen; lichaam dichtbevolkte bedekt met kleine, ingesloten schalen met 1 of 2 scherpe punten; terug donker blauw, met 15 blauwachtig bars over de flanken; buik bleke zilver; membraan van eerste rugvin blauw zwart, met donkere vlekken (Ref. 55763). Donkerblauw boven, zilverachtige witte hieronder; soms met licht blauwe verticale strepen; 1st dorsal fin zwartachtig te donker blauw, andere vinnen donker bruin met tinten van donkerblauw in enkele exemplaren. Blauw-zwart dorsally lichaam en zilverkleurige white ventrally, met ongeveer 25 bleke, kobalt-gekleurde strepen, elk bestaande uit ronde stippen of smalle bars (niet altijd zichtbaar zijn vooral in bewaard gebleven exemplaren). Bill lange, uiterst stout en ronde in dwarsdoorsnede. De nek is opvallend verhoogd. Linker- en branchiostegal membranen Verenigd volledig samen, maar gratis uit Landengte. Geen gill rakers. Lichaam dichtbevolkte bedekt met uitgerekt, dikke, benige schubben, elk vaak met 1 of 2, soms 3, posterior punten. Caudal peduncle met sterke dubbele Kiel aan elke kant en een ondiepe inkeping op zowel de dorsale en ventrale oppervlakken.